Nieuw-Zeeland: Zuidelijk eiland (Lake Tekapo – Mount Cook National Park – Oamaru – Invercargill)

19 december 2023 - Christchurch, Nieuw-Zeeland

Zaterdag 9 december vertrokken we van Timaru richting Mount Sunday. Het duurde toch 1u30 voordat we er waren en onderweg begon het landschap er ook helemaal anders uit te zien. We zaten in een regio die ze de Nieuw-Zeelandse Alpen noemen. Mount Sunday is opnieuw een filmlocatie van de Lord of The Rings. Op deze heuvel bevond zich Edoras in Rohan. De heuvel is privé eigendom en er kunnen dus af en toe ook wat schapen of ander vee rondlopen. Dit was bij ons niet het geval. Er was die dag ook zoveel wind, éénmaal we de top bereikt hadden, werden we er bijna van afgeblazen. Het uitzicht is er prachtig want je wordt omsingeld door bergen. Op zo een uur hadden wij onze ronde gemaakt en reden we verder naar Lake Tekapo. We reden er opnieuw 1u30 over.
 

Toen we toekwamen was het al bijna avond en heel het dorp zat er ook vol met toeristen. Lake Tekapo en omstreken zit in elke toerist hun bezoeklijst. Dit meer heeft ook een prachtige blauwe kleur en in de verte kan je besneeuwde bergtoppen zien. Nog een reden waarom deze regio zo geliefd is, komt door de vele velden die helemaal ingekleurd zijn door de luppin bloemen. Je ziet hier vele vrouwen hun mooiste outfit aantrekken om er met de bloemen een instagram-foto te maken. We kampeerden iets verder uit het dorp op een gratis kamping en de dag hierop maakte we in de ochtend een wandeling aan het meer. S’ morgens zijn er nog niet teveel toeristen als in de namiddag. In het dorp aten we hierna nog een fish & chips en toen reden we door naar een gratis kampeerterein aan Lake Poaka. Het terrein was er vrij groot en we maakten daar ook een wandeling. Later ontdekten we dat ze hier in de buurt ook LOTR hadden gefilmd, “the Pelennor Fields”.
 

De 11de December stonden we vroeg op omdat we naar het beroemde Mount Cook/Aoraki nationaal park gingen. We kwamen er toe tegen 8u30 en deden de ‘Hooker Valley Track’. Deze duurt 3 uur heen en terug en is een makkelijke hike. Je wandelt er naar Hooker lake waar je dan een prachtig uitzicht hebt over de Mount Cook berg en gletsjer. Deze is de gekendste hike van het zuidelijk eiland omdat die voor bijna iedereen toegankelijk en prachtig is. Er zijn verschillende hangbruggen wat de meeste toeristen natuurlijk ook fijn vinden. Tegen 12u waren we terug aan onze wagen. We waren blij dat wij extra vroeg waren vertrokken. Heel de parking was helemaal vol en vele auto’s stonden ook verder in de straat geparkeerd. Zo een 5tal wagens reden steeds rondjes met de hoop dat er een plaats zou vrijkomen. We wouden er dan ook zo snel mogelijk weg van de drukte. Op ongeveer een uur rijden, heb je Lake Ohau. Daar hadden we een gratis kampeerplaats gevonden aan het meer en we hadden deze plek voor ons alleen. In de namiddag speelden we nog wat gezelschapspellen en deden het rustig aan. We konden buiten niet veel genieten want de wind was er weer flink aan het waaien. Buiten eten lukte al een paar dagen niet door de wind. 
 

De ochtend hierop reden we richting het dorpje Omarama waar er natuurlijke klei kliffen zijn. 

Je betaalt hier 5 dollar per persoon, cash in een brievenbus want ze vertrouwen erop dat bezoekers betalen, om dit privédomein binnen te kunnen. Op ongeveer 20à30 minuten heb je er een hele ronde gemaakt. Het was een fijne stop. Hierna reden we door richting het dorp Oamaru waarbij we onderweg nog een korte stop maakten aan de “Elephant Rocks”. Door de tectonische platen hebben er zich in het midden van een wijde speciale rotsen gevormd. 
 

We zochten naar een rots in de vorm van een olifant, maar deze konden we niet vinden. Je liep er ook tussen de schapen wat wij ook fijn vonden. Na deze korte stop reden we helemaal door naar het dorp Oamaru waar we dan meteen naar een kampeerplaats gingen. Woensdag 13 december gingen we nog eens naar het lokaal zwembad waar we vooral genoten van de spa. Hierna gingen we naar een kunstgallerij genaamd Steampunk HQ. Hier vindt je retro futuristische sci-fi kunst, spullen die ze ook gebruikt hebben in films, sculpturen en heb je bepaalde tentoonstellingen. Dit bezoek was helemaal anders dan we gewend waren van andere musea, maar is zeker een bezoekje waard. 
 

Hierna verkenden we verder het dorp, gingen we lunchen en reden we naar het punt waar er een blauwe pinguïn kolonie zou moeten zijn. Omdat we daar ‘s namiddags waren, konden we verwachten dat de volwassen pinguïns aan het vissen waren. We hadden echter pech want ze waren aan het werken aan het openbare deel van het strand waardoor we niet door mochten. Indien we ze echt wouden bezoeken, moesten we voor een avondtoer betalen wat voor ons teveel geld was. We hadden ze gratis gezien in Timaru, om hier dan 35 euro per persoon te betalen vonden we te veel. 
 

We reden hierna door naar het strand “Bushy Beach Scenic Reserve”. We zijn hier niet naar beneden op het stand gegaan maar enkel naar het uitkijkpunt. Van daar boven zagen we verschillende zeehonden zwemmen, er lagen er ook op het strand. Als je geluk hebt kan je hier ook yellow-eyed pinguins zien! Wij hadden die namiddag niet veel geluk. We waren er natuurlijk nog veel te vroeg. Hierna reden we een uur verder naar “Moeraki Boulders Beach”. Hier betaal je 2 dollar per persoon om het strand op te mogen waar er ronde stenen in het zand zijn begraven. We bleven niet te lang want er was net een bus vol toeristen toegekomen en het was niet zo indrukwekkend. Hierna reden we nog een 10-tal minuten verder waar we dan weer aan een strand logeerden. 
 

De ochtend hierop reden we naar één van de grotere steden in het zuidelijk eiland genaamd Dunedin. We gingen er boodschappen doen in de Pak’n Save, aten er in de buurt ongezond fast food en reden we door naar het Royal Albatross Centre. Albatrossen zijn grote zeldzame vogels waarvan vele soorten met uitsterven bedreigd zijn. Door al het plastiek in de oceaan eten volwassen en hun kuikens veel plasiek. Je kan hier een rondleiding nemen en naar de top van de clif wandelen waar er meestel albatrossen zijn. De toer was echter iets te duur voor ons, zo een 30 euro per persoon. Je hebt er wel een klein gratis gedeelte waar je heel wat kan bijleren over albatrossen. Buiten aan de parking zijn er ook zo een honderden meeuwen. Albatrossen lijken ook een klein beetje op meeuwen, enkel veel groter (ze kunnen een vleugelbreedte hebben tot 3 meter). We hoopten er zo eentje te kunnen spotten maar zonder succes. Wat verder bevindt zich ook een klein strand waar er vele zeehonden te zien zijn en pinguïns aan land komen. We zagen een pinguin onder de trappen slapen. Hierna reden we door naar Sandfly beach waar we een leuke wandeling hadden gemaakt. Alweer waren er hier wat zeehonden tot rust aan het komen op het strand. Achteraf reden we opnieuw naar een gratis kampplaats dat we helemaal voor ons alleen hadden.
 

Vanaf Dunedine tot Invercargill heb je een scenic route waar je vaak een prachtig uitzicht kunt hebben of een waterval/strand kan bezoeken. Er was zoveel keus maar wij kozen ervoor om Purakaunui Falls te bezoeken. Op zo een 20 minuten ben je zelf al terug. Deze is een kleine waterval. Hierna reden we door naar Curio Bay wat ook een mooi strand is waar we zelfs dolfijnen gezien hebben in de bay. Deze is ook een ideale plek mocht je willen gaan surfen. We vonden alweer een fijne camping aan een groot vlak veld. ‘s Nachts hoorden we zelfs weer kiwi’s maar we hebben het geluk nog niet gehad om er een wilde te zien. We hebben de motivatie niet om hier om 4 uur voor op te staan… 
 

’s Morgens, wanneer we klaar waren voor vertrek reden we door naar Slope Point’s end. Dit is het meest zuidelijke punt van het zuidelijk eiland. Na een kleine ronde reden we door naar de parkeerplaats om de Waipohatu wandeling te maken. Deze hele ronde duurt zo een 3 uur en kan je er de Waipohatu watervallen bezoeken. Er zijn 2 watervallen op een 20tal minuten stappen van elkaar. Het was een fijne wandeling en het bos was er prachtig. Het was er erg modderig en na 3 uur wandelen waren we blij om terug te zijn aan onze campervan om te lunchen! Hierna reden we nog een uur verder naar het schiereiland en dorpje Bluff waar we kamp zetten. Samen met andere kampeerders speelden we nog een kaartspel en maakten er zo een gezellige late namiddag/avond van. 
 

We wouden erg graag naar het andere eiland Stewart/ Rakuira Island gaan maar de prijzen van de ferry waren te duur. Het had ons 115 euro per persoon gekost om met de ferry heen en terug te nemen. Ideaal logeer je er ook een nachtje dus komen er nog andere kosten bij. Gelukkig staan er nog veel andere prachtige locaties op onze planning in het zuidelijk eiland. Dat is allemaal voor de volgende blog! Tot snel! 

Foto’s